Management Support magazine

Management Support magazine

Wat is het belangrijkste hulpmiddel dat jij gebruikt in je werk? Dat is de vraag waarmee Christianne Vink haar nieuwe boek ‘Het Grote Hoe Ik Werk Boek’ begint. De arbeids- en gezondheidspsycholoog hoorde in haar praktijk, van patiënten en haar omgeving geregeld voor de hand liggende antwoorden zoals ‘een smartphone’ of ‘de computer’.

“Voor officemanagers, directiesecretaresses of personal assistants is de eerste gedachte misschien zelfs Outlook”, vertelt Christianne aan de telefoon. Niet gek natuurlijk, het mailprogramma is een gereedschap dat we allemaal gebruiken om te overleven in de kantoorjungle. Maar, lacht de auteur, het belangrijkste hulpmiddel op de werkvloer is niet een stuk hardware of een app. Dat ben jijzelf.

Dat is de boodschap die ‘Het Grote Hoe Ik Werk Boek’ vanaf de eerste pagina bij de lezer instampt. En dat je daarom ook zuinig op jouw lichaam en geest moet zijn. Het viel Christianne op, in haar praktijk en bij collega’s op de universiteiten waar ze werkte, dat veel mensen van dat laatste niet bewust waren. “Want hoewel we leren om hard te werken”, zegt de arbeidspsycholoog, “leren we niet om te werken op een manier die ons gezond houdt ons zeventigste”. Zelfs niet onder deze kenniswerkers die de hele dag niets anders doen dan informatie verwerken, stukken lezen en schrijven. Als zij met hun problemen bij Christianne op de spreekwoordelijke bank gingen liggen, en hun lichamelijke en psychische klachten bespraken, was duidelijk dat zij “relatief weinig wisten van hoe hun lichaam eigenlijk in elkaar zat”.

Toen de coronapandemie uitbrak, besloot Christianne deze ervaringen te gebruiken om een handleiding voor het ‘werkende brein’ te gaan schrijven. Want veel van de problemen die zij in haar praktijk tegenkwam, hadden te maken met het feit dat onze hersenen en ons lichaam evolutionair gezien niet helemaal geschikt zijn voor het werk dat we vandaag de dag doen. “Ons lijf is er veel meer voor gemaakt om hard te lopen of te rennen en niet om de hele dag achter een computer te zitten”.

In ‘Het Grote Hoe ik Werk Boek’ beschrijft Christianne dan ook hoe onze hersenen – ‘die drillende massa vet onder je schedel’ – eigenlijk bestaat uit twee breinen: één emotioneel en één (on)aandachtig. En beide bepalen hoe jij functioneert op je werk.

Het emotionele brein waarschuwt voor en reageert op ‘gevaar’, zoals een overvolle inbox of een vervelende opmerking van een collega. Onze genen, opvoeding en levenservaring zorgen er dan voor dat we op een bepaalde manier reageren. Misschien raak je wel in paniek, leidt je jezelf af door een extra project naar je toe te trekken. Of sla je juist een paar dagen de gezamenlijke lunch over om je collega’s te vermijden.

Met haar boek wil Christianne onder andere dat de lezer eens stil staat bij deze vaak automatische reacties op stress. Dat is namelijk behulpzaam bij het identificeren van problemen rondom werk. “Veel van ons gedrag draait op de automatische piloot”, vertelt de psycholoog. “We hebben allemaal dit soort strategieën die op een bepaald moment in ons leven, bijvoorbeeld als kind, heel nuttig waren voor onze overleving.” Bijvoorbeeld conflict vermijdend gedrag of jezelf wegcijferen in moeilijke situaties. “Maar die reacties op gevaar kunnen ons als volwassenen in de problemen brengen”, legt Christianne uit. “Als we die scripts niet kennen, dan blijven we in dezelfde kuil vallen. In relaties, maar ook in je baan”.

Dat andere ‘(on)aandachtige’ brein, is een product van de moderne tijd. Hierdoor functioneer je als kenniswerker: verwerk je informatie en kan je je concentreren op een taak. Omdat dit rationele brein evolutionair gezien ‘nieuw’ is, worstelt het nog weleens met zijn ‘emotionele’ wederhelft. Want hoewel je misschien in de stress schiet van een volle inbox of agenda, weet je rationeel dat dit niet levensgevaarlijk is. In het ‘Het Grote Hoe ik Werk Boek’ legt Christianne uit hoe dit brein in elkaar steekt, maar ook vooral hoe je ermee om moet gaan als je goed wilt functioneren op het werk. “Als ik ’s morgens de hele krant heb gelezen voordat ik begin met mijn werk, ben ik al door een deel van mijn aandachtsreservoir heen. Dan moet mijn dag nog beginnen”, lacht ze.

“Het is goed je te beseffen dat aandacht een product is met een houdbaarheidsdatum. Er zit een biologische limiet aan hoeveel aandacht je op een dag kan hebben”. Dus wees er zuinig op, is haar boodschap. Christianne weet hoe moeilijk dat is in een wereld waarin we de hele dag onze mail checken, moeten vergaderen, even een nieuwsbericht of social mediapost lezen, in allerlei groepschats in Teams of WhatsApp met elkaar communiceren.

Daarom is het in dit geval verstandig om ook hier weer de eigen gewoontes die op de “automatische piloot draaien” onder de loep te nemen, legt Christianne uit. “En te kijken van goh, kan ik niet beter eerst mijn werk gaan doen en dan later de krant lezen? Dan heb ik iets af – en dat is bevredigend – en dan gun ik mezelf daarna dat ik iets mag lezen. Of een wandeling, net wat je nodig hebt”.

Met meer dan tweehonderd pagina’s lijkt ‘Het Grote Hoe ik Werk Boek’ op het zoveelste zelfhulpboek of handleiding voor de werkende professional. Maar dat is het niet. Tussen alle uitleg over onze ‘breinen’ daagt de auteur je uit om op een creatieve manier na te denken over jouw eigen gedrag, gewoontes en emoties. Door bijvoorbeeld wolkjes in te kleuren die laten zien hoe groot de bijdrages van jouw ‘gevaar-’, ‘jaag-’ of ‘kalmeringssysteem’ zijn in jouw leven, en hoe je dat liever zou zien.

“Ik houd van speelsheid”, legt Christianne uit. “Er zijn al ontzettend veel zelfhulpboeken die er saai uitzien. Ik wilde mijn boek mooi en aantrekkelijk maken, dat je als lezer denkt: ‘goh, wat leuk om hiermee te werken’. En het brein leert met name door visuele prikkels, dus dan is het raar als je dat niet zelf toepast in je eigen boek”.

Al deze oefeningen zorgen ervoor dat je aan het einde van het boek niet zozeer ‘een’ gebruiksaanwijzing hebt gelezen voor de moderne professional, maar een handleiding van jouzelf als professional. Een die hopelijk vanaf het dichtslaan van het boek een stuk zorgzamer en voorzichtiger omgaat met het belangrijkste hulpmiddel dat er bestaat.