AD

AD

Kenniswerk is zwaar voor onze mentale gezondheid, zegt Christianne Vink, psycholoog en auteur van Het Grote Hoe Ik Werk Boek. Ze ontmoet in haar praktijk werkenden die worstelen met vermoeidheid en stress, en zich tegelijkertijd moeilijk kunnen concentreren. Hoe los je dat op? Zie niet je laptop of telefoon als je belangrijkste instrument om te werken, maar je eigen hersenen, zegt Vink, en leer hoe je die het beste inzet voor jouw werk.

Verruim je blik, grote kans dat je je snel een stuk beter voelt!

Kenniswerken, waarom vinden veel mensen dat zwaar?
,,Kenniswerk – werk op kantoor waarbij je voornamelijk met de computer werkt en waar je actief je aandacht bij taken moet houden – vraagt veel van ons denkvermogen. Kenniswerk draait om het verzamelen en verwerken van informatie, plannen maken, en je ideeën communiceren naar anderen. Maar deze vaardigheden leren we eigenlijk niet van tevoren. We beginnen aan onze carrière en leren vooral door vallen en opstaan. Veel mensen werken, maar weten zelf niet hoe precies en waarom ze werken zoals ze dat doen.’’

Waarom kan dat nadelig zijn?
,,Als je je niet bewust bent van wat je precies doet en waarom, dan zie je ook niet waar het beter zou kunnen. Voor kenniswerkers zijn de hersenen het allerbelangrijkste middel om het werk te doen. Maar daar staan we vaak niet bij stil. Voelen we ons niet goed op werk of lukt er iets niet, dan doen we het vaak af met een simpel ‘zo ben ik nu eenmaal’ en laten het gaan. Maar dat is zonde. Door te kijken naar wat jouw hersenen nodig hebben kun je je fijner voelen op je werk en meer gedaan krijgen.’’

Wat mist ons brein nu dan?
,,De sterke punten van onze hersenen hebben ons in onze evolutie veel gebracht, maar nu hebben we eigenlijk met elkaar een wereld gemaakt die averechts werkt van waar ze het beste in zijn: snel reageren op veranderingen en ons beschermen tegen mogelijk gevaar. Heel nuttig in de oertijd, voor als we bijvoorbeeld een roofdier tegenkwamen, maar onze hersenen reageren hetzelfde op andere soorten ‘bedreigingen’. Een dringend mailtje van onze leidinggevende laat onze hersenen alarm slaan. Dan kunnen we ons voelen alsof we gevaar lopen, terwijl dat natuurlijk niet echt zo is.

Onze hersenen zijn ook gebrand op het opmerken van nieuwe prikkels om ons veilig te houden en te zorgen dat we ons optimaal aanpassen aan onze leefomgeving. Kenniswerk vraagt vaak het tegenovergestelde: vaak dezelfde taken uitvoeren volgens een voorspelbaar patroon en je lang moeten concentreren op één ding tegelijk. We hebben daarnaast ook een telefoon in onze broekzak die voor afleiding zorgt. Niet gek dat we het moeilijk vinden om onze aandacht bij onze taken te houden.’’

Onze hersenen veranderen gaat niet, wat kun je wel doen om beter te werken?
,,Iedereen is anders, en ieders hersenen zijn ook uniek. Het zou heel fijn zijn als we met een stel wetenschappers een handleiding konden opstellen en dat iedere werkende die dan kon toepassen, maar zo makkelijk is het niet. Wat voor de ene een goede tactiek is om fijn te werken, is dat voor de ander niet per se. Het is een kwestie van zelf uitvinden en proberen: je kunt wel een handleiding maken voor je eigen brein.’’

En hoe doe je dat?
,,Het begint met besef van wat er in verschillende situaties met je gebeurt. Waarom doe je de dingen die je doet, hoe voelt dat? Ik merk bij cliënten dat zij het vaak moeilijk vinden om dit onder woorden te brengen. Daarom maak ik in mijn boek een onderscheid tussen twee systemen in onze hersenen, ‘het emotionele brein’ – het deel dat emoties voelt – en ‘het (on)aandachtige brein’ – het deel dat zorgt dat we taken gedaan krijgen. Dit zijn niet letterlijk delen van de hersenen die aan te wijzen zijn als je iemands hersenpan opensnijdt, maar termen die je kunnen helpen te bepalen waar een probleem dat je hebt op werk vandaan komt. Vanuit die twee delen hebben we andere drijfveren en behoeftes.’’

Gefocust blijven is de uitdaging voor ons ‘(on)aandachtige brein’. Hoe help je dat een handje?
,,Er zijn verschillende manieren, maar genoeg pauze nemen is voor iedereen essentieel. Onze hersenen hebben rust nodig om te herstellen van inspanning. Veel mensen nemen in hun werkdag wel pauze, maar geen kwalitatief goede. Werk doen op de computer en grappige kattenfilmpjes kijken of door het nieuws scrollen op onze telefoon lijken hele verschillende dingen, maar voor onze hersenen is het hetzelfde ding: naar een scherm kijken. Ook dat prikkelt ons brein, en dan rust je niet echt uit.’’

Hoe wel?
,,Zorg in je pauze voor zo veel mogelijk contrast met je werk. Is jouw werk binnen achter een computer zitten, ga dan in je pauze naar buiten en wandel een rondje. Ben jij de hele dag vooral in je eentje aan het werk en zie je geen anderen, spreek dan daarna af om met een vriend te gaan sporten, of ga een avondje uit te gaan. Dat hoef je niet elke dag te doen, maar zorg voor afwisseling in je agenda. Onze hersenen hebben zowel passief herstel – rust door bijvoorbeeld slaap – als actief herstel nodig – weer opladen door activiteiten te doen waar je plezier aan beleeft.’’

Waar kan ons ‘emotionele brein’ tegenaan lopen?
,,We reageren vaak vanuit emotie, maar op het werk mogen emoties er niet echt zijn, vooral de gevoelens die als negatief worden gezien, zoals angst en frustratie. ‘Emotioneel zijn’ wordt gezien als onprofessioneel. Als we ons slecht voelen, wijten we dat aan onze vervelende baas, of een baan die niet goed bij ons past, en dan gaan we weer door. Maar je gevoel valt niet uit te schakelen of weg te drukken. Wat wel helpt is leren begrijpen wat je voelt en hoe dat komt.’’

Soms kan het lijken of iedereen op werk het voor elkaar heeft, en dat jij de enige bent die worstelt. Wat dan?
,,Het is logisch dat het zo kan lijken, want van de andere mensen zie je alleen wat er aan de buitenkant speelt. Maar kijk eens naar jouw successen in het leven: jij weet hoeveel moeite het gekost heeft om dat te bereiken, en hoeveel tegenslagen je hebt moeten verduren. Een ander heeft er geen weet van, die zal alleen zien dat jij het gemaakt hebt. Het zou ons allemaal helpen om, zeker op werk, niet alleen te praten over de dingen die goed gaan. Heb het met collega’s ook eens over wat níet goed ging. Dan weet je dat die ene collega die alles altijd perfect lijkt te doen toch ook dingen moeilijk vindt. Dan komt het eerder in je op om te vragen of ze hulp nodig heeft. En andersom zal iemand ook eerder jou de hand reiken. Zo kun je werk met elkaar makkelijker en leuker maken.’’

We moeten leren van wat we fout doen?
,,Nee, zie wat er gebeurt vooral niet als ‘iets fout doen’, of alsof er iets verkeerd is in jou wat gemaakt moet worden. We zijn allemaal mensen met sterke en zwakke punten, dat is normaal. Maar vaak reageren we op situaties op de automatische piloot. Als je telkens tegen dezelfde problemen aanloopt, kan het helpen om stil te staan bij wat je precies voelt in een bepaalde situatie en wat je vervolgens doet. Je kunt bijvoorbeeld tot de conclusie komen dat je vaak boos reageert op kritiek, terwijl diegene het niet persoonlijk bedoelt. Als je weet dat je zo doet is het makkelijker om de volgende keer, voordat je in het vertrouwde patroon valt, te stoppen en te denken, kan ik ook een andere manier kiezen?’’